Consultatie: Wijziging Omgevingsregeling met betrekking tot milieuprestatie gebouwen

Door demissionair minister de Jonge is er een aanscherping van het MPG-stelsel aangekondigd in een wijziging van de Omgevingsregeling (OR). Afgelopen februari kon er vanuit de markt via een consultatie input worden geleverd op deze wijziging. bbn heeft daar dankbaar gebruik van gemaakt, omdat zij in haar dagelijkse werkzaamheden vaak met de MPG werkt. Lees hieronder de reactie:

Inhoudelijke reactie van de Oosterhoff groep
Houten, 22 februari 2024

In de dagelijkse praktijk van het ontwerpen, adviseren en realiseren van duurzame gebouwen, gebruiken de ingenieurs- en adviseurs van bbn adviseurs de Milieu Prestatie Gebouwen. Met ca. 130 adviseurs werken wij jaarlijks aan ruim 350 projecten en hebben wij ons tot doel gesteld om binnen de planetaire grenzen te bouwen. 

Deze opgave is echter niet vanzelfsprekend en vereist zowel inhoudelijk als in de overtuiging richting onze opdrachtgevers dat wij alle zeilen bij moeten zetten om duurzame keuzes in de praktijk te brengen. Eenduidige wet- & regelgeving is een van de sleutels voor het succesvol doorvoeren van duurzaamheid. De MPG, ondanks zijn vele beperkingen, is in de huidige vorm een middel dat wij daarvoor dagelijks gebruiken. 

De herziening van de milieuprestatie bevat een aantal zaken waar welke wij toejuichen, maar ook een aantal zorgwekkende ontwikkelingen. Wij sommen deze punten hieronder op en sluiten af met een puntsgewijs advies, waarvoor graag uw aandacht. 

Positief vinden wij:

  • De aanscherping van de milieuprestatie voor woningen en kantoren. Het is gebleken dat een verscherping van de huidige norm haalbaar is en uitdaagt tot meer gebruik van duurzame materialen en duurzamere bouwmethoden.
  • Het onderscheid voor compactere woningen en kantoren, zoals toegelicht in hoofdstuk 2.3 van het document: Conceptregeling tot wijziging van de OR i.v.m. de wijzigingen m.b.t. milieuprestatie. Echter is de inhoudelijke totstandkoming van deze formule evenals de grenswaarden van 60 m² en 80 m² niet duidelijk. Het is belangrijk om zowel rekening te houden met de relatief zwaardere scores van compacte ontwerpen. Deze worden onder andere dankzij de installaties en naar verhouding grotere muur oppervlakten nadelig beoordeeld. Het is daarnaast net zo belangrijk om (onnodig) grote ontwerpen niet onterecht in het voordeel te beoordelen. Dit pleit voor een tweezijdige grenswaarde, waarin compacte bouw in balans is met (te) grote bouw. Ook is het verschil tussen grondgebonden bouw en gestapelde bouw een factor waar apart rekening mee gehouden moet worden. Wij denken graag mee in een dialoog over de beste manier om het onderscheid beter voor compactere bouw vorm te geven.

Zorgwekkend vinden wij:

  • De toevoeging van de zes additionele milieu impactcategorieën. Hier sluiten wij ons aan bij de reactie zoals opgesteld door de Gideons op 20 februari: Internetconsultatie Aanscherping Milieuprestatie Gebouwen (https://www.gideonstribe.nl/verhalen/internetconsultatie-aanscherping-milieuprestatie-gebouwen). In het bijzonder maken wij ons zorgen om de ongunstigere scores van biobased materialen, die onterecht worden veroorzaakt door de additionele milieu-impact categorieën. Tot deze methodische beperkingen zijn opgelost in de EN-15804:A2, zal het toepassen van de volledige set van 19 categorieën ons werk bemoeilijken. 
  • Dat er geen open EPD-data toegestaan is in de MPG-berekeningen. De NMD-database is niet transparant en bevat lang niet alle EPD-data die in de grote erkende Europese LCA-databanken beschikbaar is. Dit bemoeilijkt het maken van duurzame ontwerpen en het ondersteunen van duurzame innovatie sterk.
  • Dat niet alle onderdelen van een bouwwerk meegerekend worden in de MPG-berekening. Alle onderdelen worden geproduceerd, getransporteerd, gebouwd en gebruikt. We maken een heel gebouw, dus moeten we ook alle milieulast berekenen. Bijvoorbeeld de PV-panelen die extra worden toegevoegd bovenop de BENG eisen. Door deze zware milieulast niet mee te nemen wordt het incentive ontnomen om integraal te sturen op het optimaliseren van milieubelasting en energiereductie. De scope van de berekening moet tot de gebouwafwerking zijn. Afwerkingen zoals bijvoorbeeld muur- en vloer afwerking en inrichting kunnen niet meegerekend worden, omdat deze veelal nog niet vooraf bekend zijn.
  • Dat door het niet volgen van één Europese standaard, het uitwisselen van milieudata aanzienlijk lastiger wordt. De milieukostenindicatoren van materialen is dan niet meer gelijkwaardig.
  • Dat er geen controlemechanisme is voor het maken van eenduidige berekeningen. In de praktijk zien wij te vaak een te lage kwaliteit van MPG-berekeningen, waarin veel gebouwonderdelen ontbreken of verkeerd zijn ingevoerd. 
  • Dat er geen controlemechanisme is voor de MPG van gerealiseerde gebouwen. Hierdoor kunnen keuzes tijdens de bouw alsnog leiden tot niet duurzame gebouwen, die slechter scoren dan de ontwerp MPG-scores of zelfs door de MPG-norm heen schieten tijdens de realisatie.

Gemiste kans:

  • Het ontbreken van de GWPA-norm. In combinatie met een aanscherping van de MPG is een GWPA-norm, zoals bedoeld met de Paris Proof materiaalgebonden-indicator, essentieel voor de bouwsector. Hiermee wordt op een directe en pragmatische manier inhoud gegeven aan het Parijs akkoord en de Greendeal. Wij sluiten hierbij inhoudelijk aan op de combinatie van MPG en GWPA, zoals beschreven in de position paper ‘Een toekomstbestendige milieuprestatie gebouwen’ van de Dutch Green Building Council.

Tot slot vinden wij het onduidelijk hoe er omgegaan wordt met de oudere LCA-data die volgens de A1 norm is opgesteld. In het algemeen is een van de grote tekortkomingen van de MPG de beschikbaarheid van voldoende data (EPD’s) van bouwmaterialen. Het verliezen van bruikbare (A1) data door de overgang naar de nieuwe A2 norm zou een enorme beperking betekenen tijdens de overgangsperiode.

Conclusie
Het overstappen naar de hernieuwde milieuprestatie is niet zonder aandachtspunten. Het doorvoeren van de nieuwe A2 norm met 19 milieu-impact categorieën is zelfs nadelig en heeft een averechts effect op het verduurzamen van de bouwsector. De kwaliteit van MPG-berekeningen staat onder druk door het gebrek aan uniforme data en het gebrek op controle van uniforme berekeningen. Wij doen daarom de volgende aanbevelingen:

  • Verscherpen MPG-norm: doorvoeren
  • Overstappen naar A2-norm: doorvoeren voor 13 milieu-impact categorieën
  • Aanvullende 6 impact categorieën uit A2-norm: niet doorvoeren
  • NMD-database transparant maken en toegankelijker (gratis) maken voor nieuwe EPD’s
  • Gevalideerde EPD-data toestaan buiten de NMD-database
  • Demarcatie scherp stellen voor gebouwdelen
  • Stimuleer tot het verrijken van de milieudata

Wij stellen ons graag beschikbaar voor het voeren van een dialoog op bovengenoemde punten. Het is in ons aller belang om de verduurzaming van de bouw te versnellen. Dit behalen wij door het stellen van ambitie, het toepassen van eenduidige en transparante methoden, samenwerking en reflectie. Laten we op deze wijze ook de wijziging van de omgevingsregeling aanpakken!

Hoogachtend,
bbn adviseurs

Arne Balvers
CEO

Dit vinden wij ook belangrijk nieuws

Niet alleen bbn maar ook andere partijen werken aan een betere wereld. Want samen bereiken we meer. Wij lezen het nieuws en lichten de belangrijkste berichten uit.