De Nederlandse Zorgautoriteit is teruggefloten bij de invoering normatieve huisvestingscomponent. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft op 12 november 2015 geoordeeld dat de Nederlandse Zorgautoriteit ook in huursituaties dient te beoordelen of de gevolgen van de invoering van integrale tarieven in de care en geleidelijke invoering van de normatieve huisvestingscomponent (NHC) niet tot onevenredige gevolgen leidt.
Organisaties, die in financiële problemen komen door de invoering van de NHC, kunnen onder omstandigheden een beroep doen op de hardheidsclausule van artikel 4:84 Awb. Naar het oordeel van het CBb was in de behandelde casus sprake van een cumulatie van factoren en daarmee van een bijzondere omstandigheid, waarmee noch in de voorhangbrief, noch in de aanwijzing, noch in de Beleidsregel “Invoering normatieve huisvestingscomponent bestaande zorgaanbieders”, noch in de beslissing op bezwaar kenbaar rekening is gehouden.
In de behandelde casus heeft de zorgaanbieder aannemelijk gemaakt dat zij door de verandering van de bekostiging van de kapitaallasten in haar voortbestaan bedreigd wordt. Daarmee is er sprake van een gevolg als bedoeld in artikel 4:84 Awb. dat onevenredig is in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen. Zorginstellingen die onevenredig zwaar worden getroffen door de invoering van de NHC en die bijzondere omstandigheden kunnen aanvoeren, waarom zij niet in staat zijn om hun vastgoedstrategie aan te passen, kunnen de NZa (ook na de overgangsperiode) met een beroep op de hardheidsclausule verzoeken om een andere vergoeding toe te kennen ter dekking van de kapitaalslasten dan de NHC.
Niet alleen bbn maar ook andere partijen werken aan een betere wereld. Want samen bereiken we meer. Wij lezen het nieuws en lichten de belangrijkste berichten uit.