De factoren die zorgen voor de huidige hoge bouwprijzen zijn nog steeds aanwezig maar een afzwakking is zichtbaar. Zo is de krapte op de arbeidsmarkt licht afgenomen, maar is de verwachting dat de lonen voorlopig gaan stijgen.
Door de stijgende bouwkosten en de stijgende (hypotheek)-rente komt de haalbaarheid van bouwprojecten onder druk te staan en dit is terug te zien in de afgegeven bouwvergunningen. De verwachting is dan ook dat de werkvoorraad de komende periode gaat afnemen.
Lees HIER de actuele versie van het visiedocument
De afgelopen maanden heeft bbn Stichting Amerpoort ondersteund bij 7 subsidieaanvragen voor DUMAVA. DUMAVA is een subsidieregeling ter stimulering om maatschappelijk vastgoed te verduurzamen. Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) begeleidde en beoordeelde de ontvangen subsidieaanvragen.
Stichting Amerpoort heeft 7 aanvragen ingediend, waarvan 5 aanvragen in behandeling zijn genomen.
De 5 ingelote aanvragen zijn door Amerpoort/bbn mondeling toegelicht bij RVO.
Voor alle 5 de aanvragen is een definitieve beschikking uitgeschreven.
Stichting Amerpoort is in de komende 2 jaar verplicht de verduurzamingsmaatregelen uit te voeren. De verduurzamingsmaatregelen hebben betrekking op het optimaliseren van schilisolatie, plaatsen van lucht-water warmtepomp, plaatsen van bodemcollector met water-water warmtepomp, plaatsen van pv-installatie en het optimaliseren van verlichtingsinstallatie.
bbn zal Stichting Amerpoort bij dit proces begeleiden.
Moderne gebouwen worden, onder druk van energieprestaties, zo ontworpen dat de buitenwereld vrijwel volledig is afgeschermd. Binnen wordt kunstmatig een zo constant mogelijk klimaat gecreëerd, met behulp van technische apparatuur en digitale regeling.
Vanuit de overtuiging dat een meer natuurlijke omgeving het welzijn van mensen verbetert, zijn we samen met onze zusterbedrijven binnen Oosterhoff een onderzoek gestart naar hoe we van ‘binnen het betere buiten’ kunnen maken.
Na interviews met wetenschappers, experts en pioniers heeft dit geleid tot een gebouwconcept dat uitgaat van het verzachten van de barrières tussen binnen en buiten. Dat leidt tot een gebouw waarin variatie centraal staat.
Variatie dat de zintuigen prikkelt en het natuurlijke bioritme ondersteund. Hier is het rapport te lezen.
Het veel geprezen Natural Pavilion op de Floriade Expo 2022 is ontworpen met deze principes in het achterhoofd.
Om het effect van het gebouwconcept te testen, hebben masterstudenten van de Wageningen Universiteit de harde data van sensoren gekoppeld aan de ervaringen van Floriade bezoekers. En het werkt! Hier zijn de resultaten te vinden.
Voor meer informatie neemt contact op met Koen Post
In opdracht van Ludwig Vastgoed en Kensington 1 BV wordt de voormalige Brinkmann Passage, gelegen aan de Grote Markt in Haarlem, getransformeerd van commercieel vastgoed naar een woongebouw met historische allure. Hiermee worden 100 nieuwe high-end huurwoningen toegevoegd aan de Haarlemse woningmarkt. Het complexe transformatieproject ‘de Brinck’ is eind november van start gegaan na het plaatsen van een torenkraan op het dak van de Brinkmann Passage.
bbn adviseurs is verantwoordelijk voor het project- en bouwkostenmanagement.
Het strippen van de Brinkmann Passage duurt tot medio zomer 2023. Daarna wordt er gestart met de opbouw van de woningen. Naar verwachting worden de woningen eind 2024 / begin 2025 opgeleverd.
Op NRC.nl las ik een interessant artikel over het verpleeghuis-light.
Het artikel benoemt wrange voorbeelden uit de kleinschalige huizen, waar VPT-zorg (volledig pakket thuis) wordt geboden door particuliere zorgaanbieders en waar sprake lijkt te zijn van valse verwachtingen. Maar wrange voorbeelden zijn ongetwijfeld ook te vinden in de meer traditionele verpleeghuizen. Mijn vraag is wat vindt de bewoner er zelf van?
Ik denk dat deze light-verpleeghuizen (die in het echt niet zo heten, maar bijvoorbeeld wel zorgvilla of zorgresidentie) in een grote behoefte voorzien. Een behoefte aan aandacht, verbinding en een fijne woonplek waar, naast enige zorg, ook ondersteuning bij het leven wordt geboden. En een behoefte die het gat invult van de verdwenen verzorgingshuizen. Die behoefte wordt in de verpleeghuizen-light ingevuld in een kleinschalige, niet institutionele, omgeving.
In het artikel wordt duidelijk gemaakt dat een verpleeghuis-light (wonen met zorg) geen volwaardig alternatief is voor een verpleeghuis (zorg met verblijf). Dat is het ook niet, maar veel van die light-verpleeghuizen blijken zich wel zo te presenteren of maken het vergelijk daarmee. Dat is natuurlijk niet juist.
Net als de auteur, was ik recent ook op de Veluwe in een verpleeghuis waar ook VPT-woningen aangebouwd zijn. Daar was de zorgorganisatie heel duidelijk dat er echt een verschil bestaat in de zorg aan de mensen in de VPT-woningen en die in het verpleeghuis. En ook dat er een punt kan ontstaan dat de zorg niet meer geboden kan worden in de VPT-woning, ook al is de VPT-woning via het interne gangstelsel aangesloten op het verpleeghuis. De combinatie met verpleeghuis maakt het juist wel mogelijk dat men langer thuis kan wonen in de VPT-woning. En ook dat de zorgorganisatie de bewoners al beter kennen op het moment dat zij eventueel naar het verpleeghuis moeten verhuizen. Daardoor zullen zij beter in staat zijn de zorg in het verpleeghuis op de persoonlijke behoefte aan te passen.
Het artikel geeft goed aan waar de knelpunten liggen bij de light-verpleeghuizen en voor welk systeemkeuzes een betere oplossing moet komen. Maar ook in verpleeghuizen worden knelpunten en systeemfouten ervaren. Ik denk dat de verpleeghuizen-light en de verpleeghuizen daarin veel van elkaar kunnen leren. Een beetje meer light in het verpleeghuis kan helemaal geen kwaad. En hier en daar wat andere systeemkeuzes in het light-verpleeghuis maakt dat concept ongetwijfeld ook beter. Daarmee zie ik een toekomst waarin deze twee concepten naast elkaar kunnen bestaan en in elkaars verlengde liggen, in plaats van concurreren met elkaar.
Het light-verpleeghuis wordt dan een voor de hand liggende keuze als zelfstandig wonen niet helemaal meer lukt. Mocht de zorgvraag het ‘light-niveau’ overstijgen, dan moet je verhuizen naar het verpleeghuis. Als we dat goed inrichten, dan zal dat maar voor een beperkt deel van de ouderen nodig zijn. Allereerst denk ik dan aan voldoende light-aanbod in alle segmenten, in de juiste verhouding met het lokale aantal verpleeghuisplaatsen (ook voor alle segmenten) en meer samenwerking tussen light en niet-light (waaronder de specialist ouderengeneeskunde) of misschien wel in één organisatie verenigd.
Wilt u doorpraten over dit onderwerp? Neem contact op met Maarten Visser.
Gijzelt stikstof de bouw? Weet u het nog? Eind mei 2019 haalde de Raad van State een streep door het Programma Aanpak Stikstof (PAS). Sindsdien is bij alle activiteiten met een kans op een significant negatief effect sprake van vergunningplicht in het kader van de Wet Natuurbescherming (Wnb). Een toets bepaalt of een project significant negatieve effecten zal veroorzaken op de instandhoudings-doelstellingen van Natura 2000-gebieden als gevolg van stikstofdepositie.
En nu weer de uitspraak van 2-11-22 dat de stikstof die bij de bouw van projecten vrijkomt niet buiten beschouwing mag worden gelaten. Hierdoor dreigen talloze projecten te vertragen. En dat is jammer, in een tijd waarin we juist willen versnellen met verduurzaming en woningbouw. Ook bij bbn adviseurs vroegen we ons af wat de recente uitspraak betekent voor onze projecten. Een rondgang langs collega’s leert ons dat een nuchtere en zorgvuldige benadering van het stikstofvraagstuk de meeste problemen snel kan oplossen, zonder grote gevolgen voor projecten. Welke stappen moet je daarbij zetten?
Stappenplan
Voor elke geplande bouwactiviteit moet worden bepaald of significant negatieve effecten zullen ontstaan. Niet alleen in de eindsituatie, maar dus ook tijdens de bouwfase. Dit betekent een extra stap in het voortraject en het vergunningstraject. bbn adviseurs heeft hiervoor een stappenplan klaarliggen.
Eerst bekijken we de afstand van het project ten opzichte van het Natura 2000-gebied. Is die afstand kleiner dan tien kilometer dan moet de depositie van stikstof met een AERIUS berekening worden bepaald.
Daarbij gaat het om de stikstof die wordt veroorzaakt door de bouwactiviteiten. Voor die berekening maken we inzichtelijk welk materieel de aannemer nodig heeft. Daarbij bepalen we ook de ABK (Algemene Bouwplaats Kosten).
Volgt er uit de AERIUS berekening een effect groter dan 0.00 mol stikstof per hectare per jaar, dan dienen maatregelen getroffen te worden om de stikstofdepositie te verkleinen. Bijvoorbeeld de inzet van elektrisch materieel.
Maatregelen om de stikstofdepositie te verkleinen kunnen leiden tot hogere (ABK) kosten voor het bouwproject. Ook die maken we inzichtelijk, zodat gezocht kan worden naar een haalbare oplossing.
Ook kan een ecologische voortoets worden gemaakt, waarbij een ecoloog mogelijk met nader onderzoek aantoont dat significante effecten op de stikstofgevoelige habitattypes zijn uit te sluiten.
Kortom, in het voortraject dient rekening te worden gehouden met een extra stap. bbn adviseurs kan hierbij helpen zodat u met een gericht advies een optimaal resultaat kunt halen. Neem de juiste stappen, met oog voor kosten en voor het gewenste resultaat!
Voor meer informatie over onze activiteiten bij dit project:
Ronald Wolvekamp, 06 – 53 67 52 10 rmj.wolvekamp@bbn.nl
Welke gebouwen in de kernportefeuille verbruiken de meeste energie? Welke ingrepen maken de meeste impact? En met welke slimme combinaties, creëer je optimale oplossingen?
Lees in onze nieuwe Whitepaper hoe bbn kan helpen bij de versnelling van de verduurzamingsopgave of neem contact op met Ronald Wolvekamp.
Gemeente Haarlem heeft in Haarlem Noord een nieuwe duurzame en toegankelijke topsporthal gerealiseerd voor volleybalvereniging VC Spaarnestad en voor scholengemeenschap Het Schoter. Onder de sporthal ligt een fietsenkelder van 1.500m2 voor het stallen van de fietsen van de leerlingen van Het Schoter. Vanuit de fietsenkelder hebben de leerlingen een overzichtelijke en veilige directe verbinding met de kluisruimte in de school.
De sporthal is ontwikkeld op basis van een uitgebreid Programma van Eisen (PvE), waarna de Design & Build-overeenkomst is aanbesteed. De topsporthal is officieel geopend door de naamgeefster van de topsporthal: “Haarlems schaatsicoon en drievoudig Olympisch kampioen Yvonne van Gennip.”
De gymzaal van de school en de sporthal van de volleybalvereniging voldeden niet meer aan de huidige eisen. Dat heeft de gemeente den besluiten om een nieuwe sporthal voor beide gebruikers op te nemen in de gebiedsontwikkeling Orionzone. De sporthal is het eerste project van deze gebiedsontwikkeling dat is uitgevoerd.
bbn heeft in opdracht van gemeente Haarlem, en in nauwe samenwerking met de gebruikers, het Ruimtelijke, Functionele en Technische PvE en de bijhorende stichtingskostenraming opgesteld. bbn heeft de Europese niet-openbare aanbestedingsprocedure voorbereid en begeleid en na opdrachtverstrekking het contractmanagement vanaf de fase Voorlopig Ontwerp tot en met de Oplevering en Nazorg uitgevoerd. Daarnaast was onze projectmanager dé gespreks- en sparringpartner voor de gemeente op diverse onderwerpen, waaronder de bewonersparticipatie, communicatiestrategie, de planologische procedures en afstemming met de naastgelegen school met betrekking tot hun ver- en nieuwbouwplannen.
Het PvE is tot stand gekomen door met de gemeente, de gebruikers en beheerder separate en integrale bespreeksessies te houden. Het prestatie PvE is opgesteld in ons eigen PvE programma Specsguard. Onze bewezen technische kwaliteitstandaarden zijn door onze installatie specialisten op maat gemaakt voor het technische PvE van de Yvonne van Genniphal. De minimale duurzame prestatie-eisen en ambities zijn in het PvE SMART geformuleerd en goed geborgd, zodat conform UAV-gc methodiek een goede verificatie mogelijk is in de verschillende ontwerpfase. Op basis van het PvE is een bouwkostenraming en bijhorende stichtingsraming opgesteld.
De projectmanager en aanbestedingsjurist van bbn hebben alle benodigde aanbestedingsstukken opgesteld en deze via een niet openbare aanbestedingsprocedure op TenderNed aanbesteed. Onze projectmanager heeft voor de gemeente de selectiecommissie en de gunningcommissie begeleid bij de inhoudelijke toetsing van de respectievelijk aanmeldingen en inschrijvingen.
Na aanbesteding heeft bbn het contractmanagement uitgevoerd. De rol van onze contractmanager is die van verbinder, het behartigen van de belangen van beide partijen conform de contractuele afspraken en het coördineren van het toetsings- en acceptatieproces van de opdrachtgever en gebruikers. Onze kwaliteitstoezichthouder is sinds de fase Uitvoeringsgereed ontwerp betrokken bij het project. Onze kwaliteitstoezichthouder is namens de opdrachtgever het aanspreekpunt voor de Design & Build-partij tijdens de realisatiefase, houdt zicht op het proces, voert zowel steekproefsgewijs als volgens een toetsingsschema kwaliteitscontroles uit op de bouw en verzorgt in samenwerking met de opdrachtgever en de Design & Build-partij de acceptatie (oplevering) van de topsporthal.
Universiteit van Utrecht is in 2020 gestart met het verduurzamen en toekomstbestendig maken van hun huisvestingsportefeuille. Met de ontwikkeling en realisatie van de nieuwe onderzoeks- en onderwijsfaciliteit wordt dit proces bij de faculteit Diergeneeskunde gestart.
De onderwijs- en onderzoeksfaciliteit bestaat hoofdzakelijk uit dierenverblijven. Dierenverblijven voor koeien en kippen ten behoeve van het onderwijs en dierenverblijven voor onder meer koeien, geiten, kippen in laboratoriumsetting, deels uitgevoerd als Animal Bio Safety Level 2 (ABSL2) stallen. Naast dierenverblijven bevat de faciliteit aanverwante ruimten zoals een operatiekamer, onderzoekskamer, desinfectie- en reinigingsruimte en overleg-, les-, en kantoorruimte. Het doel is onderwijs en onderzoek zoveel als mogelijk met elkaar te integreren en de bedrijfsprocessen op elkaar en de naastgelegen biologische boerderij de Tolakker af te stemmen.
bbn adviseurs heeft van Universiteit Utrecht de opdracht gekregen het Programma van Eisen te ontwikkelen. Tijdens de ontwikkeling van het programma van eisen was de onderwijsvisie, de ontwikkeling van het Mastprogramma en de wijze van samenwerking met de biologische onderwijsboerderij nog volop in ontwikkeling. De parallelle route met de ontwikkeling van het programma van eisen voor de huisvesting heeft dit proces ondersteund en versneld. Activiteiten en processen brachten wij in diverse thema workshops met de gebruikers in kaart, de visie werd geconcretiseerd en gemaakte keuzes werden direct zichtbaar. Bijzonder en uitdagend aan dit proces is dat 95% van de workshops vanwege corona online moesten plaatsvinden. Dit heeft van zowel van ons als de opdrachtgever en gebruikers veel gevraagd van onze creativiteit, aanpassingsvermogen en vindingrijkheid. Door workshops van tevoren goed voor te bereiden en hierbij slim gebruik te maken van beschikbare online tools is het gelukt de onderwijsvisie verder te ontwikkelen, de bedrijfsprocessen in kaart te brengen en bijhorende activiteiten te vertalen naar ruimtelijke en technische eisen.
Universiteit Utrecht werkt voor de verwerking van het programma van eisen met het programma Briefbuilder.
Welke gebouwen in de kernportefeuille verbruiken de meeste energie? En welke ingrepen maken de meeste impact? En met welke slimme combinaties creëer je optimale oplossingen?
Download de Whitepaper en lees hoe bbn kan helpen bij de versnelling van de verduurzamingsopgave.