Gebiedsontwikkeling Lingeoever nu compleet

De gemeente Gorinchem zet een belangrijke stap in de gebiedsontwikkeling van Lingeoever met de aankondiging van een nieuwe brug over de Linge. De brug, die de Spijksedijk verbindt met de Arkelsedijk, speelt een cruciale rol in het ontsluiten van de opkomende wijk Lingeoever en het realiseren van een oostwestfietsverbinding.

Het project, dat voortvloeit uit de gebiedsontwikkeling Lingeoever, heeft als doel de transformatie van de oevers van de Linge naar woningbouw. bbn, betrokken bij de rapportage ‘Vleugels van de Stad’, vervult een leidende rol in het project. Vanuit de gemeente verzorgt bbn de projectleiding, waarbij participatie, inkoop, ontwerpleiding en de voorbereiding van de realisatie onder de verantwoordelijkheid vallen. Dit omvat onder andere grondverwerving, krediet- en subsidieaanvragen, en het verkrijgen van vergunningen en toestemmingen.

Het schetsontwerp, tot stand gekomen met behulp van uitgebreide participatie op basis van het stedenbouwkundig plan van Lingeoever, heeft de goedkeuring van de raad en het benodigde budget gekregen. Het inkooptraject staat nu op het punt te beginnen, waarna het verdere ontwerp- en participatietraject van start kan gaan.

Tegelijkertijd loopt de bestemmingsplanprocedure, waarbij de gebiedstransformatie en de brug worden samengevoegd in één bestemmingsplan. Het project omvat onder andere een buitendijkse onderdoorgang, een binnendijks vrijliggend fietspad, de brug over de Linge en aansluitingen op de Spijksedijk, Arkelsedijk en Lingeoever, evenals de herinrichting van de Arkelsedijk.

Met de geplande bouw van 500 appartementen vereist het project een slimme bouwstroom en fasering om de bouwhinder te beperken. Het is essentieel dat de brug tijdig wordt opgeleverd om bouwverkeer, hulpdiensten en toekomstige bewoners tijdig te faciliteren.

Op dit moment is het schetsontwerp door het college vastgesteld en heeft de raad het budget vrijgegeven voor de brugrealisatie. Het bestemmingsplan ligt momenteel ter inzage, waarmee de laatste stap naar de verwezenlijking van de Lingeoevergebiedsontwikkeling is gezet.

Inspiratiebijeenkomst: Een betere wereld vol mogelijkheden

De inspiratiebijeenkomst op 31 januari 2024 was wederom een enorm succes! Met bijna 300 enthousiaste gasten delen we samen opnieuw een onvergetelijke ervaring, gewijd aan verandering en positieve ontwikkelingen. 

De middag begint met de betoverende klanken van M. Lucky. Een getalenteerde muzikante uit Amsterdam die met haar zelfgeschreven poëtische popnummer Champagne Apocalyps haar zorgen over de toekomst uit. Haar muziek zet de toon voor een dag vol inspiratie en vernieuwing. Nieuwsgierig naar meer muziek van M.Lucky? Klik hier! 

Michel Scholte, het brein achter True Pricing en medeoprichter van het Impact Institute neemt ons mee op een boeiende reis door de wereld van impactmeting en -beheer. Van belang hierin? De ontwikkeling van een gemeenschappelijke taal en het voeren van de discussie over werkelijke waarde tot in de bestuurskamers!

Michel roept ons op om te stoppen met zelfmedelijden en energiek en met plezier de avonturen aan te gaan waar we voor staan. Dus wanneer wissel jij de BAR (het Bruto Aanvang Rendement) in voor de BIR (het Bruto Impact Rendement) en stuur je niet alleen op financiële waarde, maar ook op sociaal maatschappelijke waarde?

Met complimenten aan bbn voor de stappen die zij hierin zet, waaronder het koppelen van CO2-data aan haar kostenramingen. Zo weet je niet alleen wat je project kost, maar ook wat de impact van je project is. En de CO2 budgetmonitor gemeenten voor woningbouw, welke gemeenten inzicht geeft of hun woningbouwplannen al dan niet in lijn zijn met het Parijsakkoord. Zie www.co2budgetgemeente.nl.

Hebben we het over energiek, dan hebben we het zeker ook over Marjet Rutten, inspirator en innovator en lid van Gideon. In een zeer interactieve sessie laat zij zien dat biobased bouwen nu mogelijk en betaalbaar is! Dus welke hernieuwbare materialen introduceer jij vandaag nog in jouw project?

Sanne van der Burgh, Associate Director en hoofd innovatie en technologie bij MVRDV deelt haar inzichten over hoe MVRDV in haar projecten stuurt op duurzaamheid. Ook toont zij aan dat het gelukkig nog altijd mogelijk is om bijzondere gebouwen te realiseren! Dank Sanne voor deze mooie en openhartige blik achter de schermen van MVRDV.

Een boeiende sessie ‘Omdenken’ vormt de afsluiting van een fantastische dag, waarbij we gezamenlijk leren om problemen niet te vermijden, maar te gebruiken als bouwstenen voor een betere wereld vol mogelijkheden. 

Aan de slag-dag
Woorden inspireren, maar daden zetten aan tot echte actie. Wil je ook daadwerkelijk stappen zetten naar een betere wereld vol mogelijkheden? Op 14 februari aanstaande houden wij samen met Elemental de ‘Aan de slag-dag’. Deze middag gaan we met elkaar aan de slag en creëren we samen echte verandering. Meer weten of wil je je alvast aanmelden? Klik dan hier

Hartelijk dank aan alle sprekers, deelnemers en organisatoren voor jullie betrokkenheid en actieve deelname. Samen hebben we een verschil gemaakt en stappen gezet richting een positieve en hoopvolle toekomst. Op naar nog meer inspiratie en verandering! 

4 Tips voor duurzamer bouwen voor een nieuw kabinet

Welke wijzigingen in wet- en regelgeving maken de verduurzaming makkelijker?

De verkiezingen zijn geweest. In stilte wordt gewerkt aan de formatie. Wat er ook uitkomt, met duurzaamheid moet ieder kabinet aan de slag. In de praktijk van de verduurzaming van Nederland lopen we regelmatig aan tegen beperkende wet- en regelgeving. Daarom leek het ons verstandig verschillende tips mee te geven aan het nieuwe kabinet: welke wijzigingen in wet- en regelgeving maken de verduurzaming gemakkelijker?

Paris Proof bouwen: integratie in het bouwbesluit voor een duurzame toekomst
De term “Paris Proof” staat synoniem voor de ambitie om gebouwen te ontwerpen en te bouwen in lijn met de doelstellingen van het Klimaatakkoord van Parijs. We willen immers de opwarming van de aarde beperken. Het is belangrijk dit in alle fases van de bouwwetgeving te verwerken.

Enkele van onze wensen op hoofdlijnen:

  1. Energieneutraliteit:
    Het Bouwbesluit moet streven naar energieneutraliteit door het bevorderen van hernieuwbare energiebronnen en energie-efficiënte bouwmethoden. Bouwprojecten zouden moeten voldoen aan specifieke criteria om een bepaald percentage van hun energiebehoefte uit duurzame bronnen te halen.
  2. Duurzame materialen:
    Voeg meer bepalingen toe die het gebruik van duurzame bouwmaterialen aanmoedigen. Dit omvat materialen met een lage CO₂-voetafdruk, gerecyclede materialen en producten met erkende milieukeurmerken.
  3. Levenscyclusanalyse (LCA):
    Integreer een verplichte levenscyclusanalyse voor bouwprojecten. Hierbij worden alle CO₂-emissies gedurende de volledige levensduur van een gebouw in beschouwing genomen, vanaf de bouwfase tot en met de sloop.
  4. Energieprestatie normen:
    Versterk de bestaande energieprestatienormen en stel ambitieuze doelen voor energie-efficiëntie op, met specifieke aandacht voor het verminderen van het operationele energieverbruik van gebouwen.

Een betere MPG-database
Ingenieur Kitty Huibers van ABT geeft aan dat ze gemakkelijk een boek zou kunnen schrijven over talloze verbeteringen die kunnen worden aangebracht in de MPG-database. Deze database bevat de milieubelasting van bouwmaterialen. Echter, de huidige database is te beperkt; alleen Nederlandse producten worden bijvoorbeeld opgenomen, ondanks het internationale inkoopgedrag in de bouwmarkt. Daarnaast wijkt de rekenmethode voor de impact gedurende de levenscyclus van materialen af van Europese standaarden. De vele mogelijkheden tot verbetering zullen binnenkort breder worden gedeeld via NL Ingenieurs. 

Houtbouw fair wegen in de MPG
Bij het verkrijgen van een bouwvergunning is het noodzakelijk om een MilieuPrestatie Gebouwen (MPG)-berekening te maken, die de ecologische impact van het gebruik van bouwmaterialen vertegenwoordigt. Momenteel wordt er bij deze berekening standaard uitgegaan van een levensduur van 75 jaar voor hout, terwijl hout juist uitstekend kan worden gedemonteerd en hergebruikt (voor de levensduur van woningen wordt uitgegaan van 75 jaar en voor kantoorgebouwen 50 jaar). Een ander voorbeeld betreft isolatiematerialen; sommige moderne isolatiematerialen zijn zeer duurzaam en gaan aanzienlijk langer mee dan momenteel wordt verondersteld.

De bestaande regelgeving plaatst houtbouw in een minder gunstige positie ten opzichte van traditionele en sterk vervuilende materialen zoals beton. Om de CO₂-uitstoot te verminderen, roepen we het nieuwe kabinet op om de berekeningsregels aan te passen. Hierdoor kan een realistischer beeld ontstaan van de duurzaamheid van bouwmaterialen, waardoor innovatieve en milieuvriendelijkere opties beter kunnen concurreren in de bouwsector. 

Biobased bouwen promoten door biogene opslag mee te wegen
Biobased materialen zijn bouwmaterialen die geheel of gedeeltelijk zijn samengesteld uit plantaardige of dierlijke biomassa. Het unieke kenmerk van biobased materialen ligt in hun herkomst van levende organismen die tijdens hun groei CO₂ opnemen. In een duurzaam beheer voorziet de natuur voortdurend in nieuwe biomassa. Dus: bouwgrondstoffen die CO₂ opnemen!

Bij grootschalig gebruik van hout en andere biobased materialen in de bouw kan een rol worden gespeeld als een tijdelijke opslagplaats voor CO₂, wat bijdraagt aan het beperken van klimaatverandering. Momenteel wordt deze biogene CO₂-opslag in hout en andere biobased materialen niet meegenomen in de MPG en de MKI. Met “biogene CO₂” wordt verwezen naar het natuurlijke proces van koolstofopname tijdens de groei van bomen en planten.

In de LCA wordt gebruikgemaakt van de zogenaamde -1/+1 methode: de tijdens de groei geabsorbeerde CO₂ wordt bij verbranding aan het einde van de levensduur weer vrijgegeven, waardoor het netto-effect op nul wordt gebracht.

Planeconomie De Draai

De gemeente Dijk en Waard is actief betrokken bij diverse bouwprojecten voor nieuwe woningen, waarbij één van de grootste woningbouwlocaties binnen de gemeente bekend staat als de Draai. In deze nieuwe wijk aan de oostkant van Heerhugowaard worden 2.700 woningen gebouwd. Vanwege bepaalde omstandigheden had de gemeente direct behoefte aan extra capaciteit voor de functie van planeconoom.

In een kort tijdsbestek heeft bbn adviseurs in 2021 planeconomen beschikbaar gesteld om de projecten over te nemen. Vooral het project De Draai was van belang om snel over te nemen, gezien al de helft van de wijk bewoond is. Het was essentieel om vertraging te voorkomen. Nadat de gemeente het capaciteitsprobleem intern had opgelost, is bbn twee dagen per week betrokken gebleven als projectcontroller.

Het project De Draai is al geruime tijd gaande en bbn is sinds 2008 betrokken bij het leveren van projectmanagement. Vanaf het begin van de opgave maakte de planeconoom van bbn deel uit van het projectteam. Dankzij een goede samenwerking binnen het projectteam is het gelukt om de woningbouwproductie voort te zetten.

Voor het project De Draai heeft bbn gedurende ongeveer anderhalf jaar de rol van planeconoom op zich genomen. In deze periode heeft bbn onder andere de stedenbouwkundige plannen doorgerekend, beoordeeld en bijgestuurd. Ook zijn de plannen getoetst aan de grondexploitatie, zijn grondwaardeberekeningen gemaakt voor ontwikkelaars, en heeft bbn een rol gespeeld in de actualisatie van de grondexploitaties. In de functie van projectcontroller ondersteunt bbn bij het financieel beheer van alle woningbouwprojecten in Heerhugowaard.

Verstandig omgaan met participatie in gebiedsontwikkeling

Participatie voor gemeenten verplicht bij opstellen omgevingsvisie en omgevingsplan.

Gemeentelijke projectleiders in de gebiedsontwikkeling hebben veel op hun bordje. Vanaf 2024 komt daar ook participatie onder de omgevingswet bij. Hoe kun je hier als gemeente verstandig mee omgaan?

Wat is participatie?
Participatie is al jaren een vast onderdeel van gebieds- en vastgoed ontwikkelingen. Participatie gaat over informatieverstrekking en afstemming van inzichten wat kan leiden tot het creëren van begrip en draagvlak.

Een van de krachten van participatie is het inbrengen van diverse perspectieven. Inwoners, bedrijven, en maatschappelijke organisaties hebben verschillende ervaringen en inzichten die van onschatbare waarde kunnen zijn. Door deze diverse groepen actief te betrekken, ontstaat een completer beeld van de behoeften en belangen in de leefomgeving waardoor een betere besluitvorming mogelijk wordt. Hiermee draagt participatie bij aan de kwaliteit van een ontwikkeling.

De verandering onder de omgevingswet
Participatie bestaat al heel lang in de gebiedsontwikkeling. In die zin verandert er niet veel nu de Omgevingswet per 1 januari 2024 van kracht is geworden. Wat wel verandert, is dat participatie in een aantal gevallen verplicht wordt. Zo worden gemeenten verplicht participatie te organiseren bij het opstellen van een omgevingsvisie en omgevingsplan. Ook schrijft gemeentelijk beleid steeds vaker voor dat participatie moet plaatsvinden.

Een recente uitspraak van de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State leert dat ook draagvlak een formele positie krijgt. Hierbij gaat het er dan niet om dat iedereen het met een ontwikkeling eens moet zijn. Het gaat er echter wel om dat je laat zien wat je hebt gedaan aan participatie, wat de resultaten zijn, wat daarmee gedaan is en hoe je komt tot de eindoverweging. Met andere woorden, nee is ook een antwoord als je maar uit kunt leggen waarom het antwoord nee is.

Verder is het van belang verwachtingen te managen door bij aanvang duidelijke afspraken te maken en goed vast te leggen wat partijen van elkaar mogen verwachten. En daar zien we het vaak fout gaan. Er wordt iets beloofd wat men niet waar kan maken of er worden geen duidelijke afspraken bij de start van de participatie gemaakt. Hiermee wordt de eigen ellende georganiseerd. Nu participatie vaker verplicht wordt, wordt het ook onderdeel van de juridische toetsing. En daarmee levert het niet goed organiseren van de participatie dus een duidelijk risico op voor een ontwikkeling. Hierbij is een goede vastlegging van het proces, de bijeenkomsten, de inbrengreacties en wat daarmee is gedaan noodzakelijk.

De Omgevingswet zegt niets over hoe de participatie moet worden georganiseerd. Voor elke ontwikkeling is men vrij dit zelf te bepalen. Hierbij is het van belang om te bepalen op welk niveau de participatie wordt georganiseerd. Mogen belanghebbenden meedenken, mee creëren of worden ze alleen geïnformeerd? En vervolgens instrumenten te kiezen die passen bij het gekozen niveau van participatie. De initiatiefnemers maken dus zelf de inschatting wat ervoor nodig is om voor hen tot een ontwikkeling te komen en hoe dit ‘valt’ bij de juridische toetsing.

Twee voorbeelden: Gorinchem en Zoetermeer
Bij de ontwikkeling van een toekomstvisie op het Van Tuyllpark en de Oostelijke Bedrijventerreinen in Zoetermeer heeft Ciska Meijer als projectleider de participatie georganiseerd. Voor dit verouderde sportpark, en de naastgelegen bedrijventerreinen, was een nieuwe visie nodig.

Er werd gesproken tijdens interactieve bijeenkomsten met ondernemers, sportverenigingen en bewoners. Ook werd een enquête uitgezet onder inwoners van de stad. Daarmee is veel input verzameld voor het opstellen van modellen voor het gebied. Deze modellen zijn ook weer aan de betrokken stakeholders voorgelegd. Op basis van de reacties op de modellen is vervolgens een voorkeursmodel voor het gebied opgesteld. Binnenkort wordt met de presentatie hiervan de laatste stap in de participatie gezet.

In Gorinchem is met een kleiner budget toch veel bereikt bij de totstandkoming van de Nota van uitgangspunten voor Linge 2 Zuid. Ook hier is een enquête gebruikt om input voor de Nota op te halen. Verder is met een aantal stakeholders gesproken over de uitgangspunten die zij mee wilden geven aan de ontwikkeling van het gebied. Op basis hiervan is uiteindelijk de Nota van Uitgangspunten opgesteld.

Een gezonde, democratische samenleving met participatie
De waarde van participatie gaat echter veel verder dan de juridische verplichting. Het is een essentieel onderdeel van een gezonde, democratische samenleving. Door actief bewoners en belanghebbenden te betrekken, ontstaat een leefomgeving die niet alleen voldoet aan regelgeving, maar juist aansluit bij de behoeften en wensen van de gemeenschap. Participatie is een kans om samen de toekomst van onze leefomgeving vorm te geven.

Samenwerking gemeente Zwolle en woningcorporaties

Gemeente Zwolle werkt aan een methode om woningcorporaties zo goed mogelijk in positie te brengen bij nieuwe woningbouwontwikkelingen. Er is een werkgroep in het leven geroepen die bestaat uit de wethouder Wonen van de gemeente Zwolle en de bestuurders van de woningcorporaties deltaWonen, SWZ en Openbaar Belang. bbn adviseurs begeleidt de werkgroep en schrijft het eindadvies.

Aanleiding
Gemeente Zwolle en de woningcorporaties hebben afspraken gemaakt over de realisatie en exploitatie van sociale huurwoningen. De afspraken zijn vastgelegd in de Prestatieafspraken. In veel gebiedsontwikkelingen krijgen corporaties een aandeel in de realisatie van sociale huurwoningen. De samenwerking tussen gemeente, ontwikkelaars en corporaties verdiende verbetering en daarom wordt de huidige werkwijze onder de loep genomen.

In gesprek
Onder begeleiding van bbn adviseurs zijn gemeente en woningcorporaties met elkaar in gesprek gegaan om een proces uit te lijnen dat woningcorporaties in staat stelt de sociale woningbouwopgave in Zwolle gerealiseerd te krijgen Een belangrijk aandachtspunt is betere samenwerking en uitwisseling van informatie tussen corporaties en de gemeente. Aangezien de Prestatieafspraken niet juridisch verankerd zijn, adviseert de werkgroep om daarnaast publiekrechtelijke instrumenten in te zetten. Het omgevingsplan is daarbij het meest passend.

Inspelen op actuele ontwikkelingen woningmarkt
De werkgroep heeft gezorgd voor meer wederzijds begrip tussen corporaties en gemeente. De nieuwe werkwijze moet ervoor zorgen dat betrokkenen beter op de hoogte blijven van elkaars organisaties, beleid en projecten om zo goed te kunnen inspelen op actuele ontwikkelingen in de woningmarkt van Zwolle.

Lingeoever, nieuwe brug over de Linge

De gebiedsontwikkeling Lingeoever is aanleiding voor de gemeente Gorinchem om de ambitie voor een oostwestfietsverbinding te realiseren, en een stap verder te brengen met een nieuwe brug over de Linge. De burg verbindt de Spijksedijk met de Arkelsedijk en ontsluit de nieuwe wijk Lingeoever.

Achtergrondinformatie & opdrachtomschrijving
bbn was betrokken bij de rapportage Vleugels van de Stad waarin de transformatie naar woningbouw van de oevers van de Linge omschreven is. In de Mobiliteitsvisie is ook de oostwestfietsverbinding gedefinieerd.

Bbn verzorgt de projectleiding vanuit de gemeente. De projectleiding behelst participatie, inkoop, ontwerpleiding en het voorbereiden van de realisatie. De voorbereiding betreft onder andere grondverwerving, de aanvraag van kredieten, aanvraag van subsidies en het verkrijgen van de vergunningen en toestemmingen. De brug is onderdeel van de gebiedsontwikkeling en bbn heeft meegewerkt aan de totstandkoming van de anterieure overeenkomst en de bestemmingsplanwijziging die op 20 december 2023 ter inzage is gelegd.

Aanpak & uitvoering
Het schetsontwerp (SO) is tot stand gekomen op basis van het stedenbouwkundig plan van Lingeoever met behulp van uitvoerige participatie. Bbn trok namens de gemeente gezamenlijk op met de ontwikkelaar. Met dit SO is de raad overtuigd en ook het budget aangevraagd. Vervolgens kan het inkooptraject starten om het verdere ontwerp- en participatietraject te doorlopen.

Gelijktijdig loop de bestemmingsplanprocedure. De gebiedstransformatie en de aanleg van de brug worden beide mogelijk gemaakt in één bestemmingsplan.

Het project omvat de buitendijkse onderdoorgang (de onderweg aan de Spijksedijk), een binnendijks vrijliggend fietspad aan de Spijksedijk, de brug over de Linge en de aansluitingen op de Spijksedijk, de Arkelsedijk en de Lingeoever en het herinrichten van de Arkelsedijk.

In combinatie met de realisatie van 500 appartementen vraagt dit om een slimme bouwstroom en fasering, waarbij het ook van belang is dat de brug tijdig is opgeleverd om bouwverkeer, hulpdiensten en uiteindelijk de nieuwe bewoners tijdig te faciliteren. De fasering en mogelijkheden voor bouwen en transport over de Linge moeten ervoor zorgen dat de bouwhinder wordt beperkt.

Geleverde diensten en resultaten
Op dit momenten is het Schetsontwerp door het college vastgesteld en daaropvolgend de raad het budget vrijgegeven om de brug te realiseren. Het bestemmingsplan ligt ter inzage.

V-a-a-S: Verduurzamen-as-a-Service… de sleutel tot duurzame vooruitgang in maatschappelijk vastgoed.

In de race naar een CO2-neutrale toekomst is het verkrijgen van snel helder inzicht, versnellen waar mogelijk en borgen van de voortgang essentieel.

Verduurzamen-as-a-Service staat garant voor actuele financiële en technische kennis, gekoppeld aan onze gedreven inzet om te komen tot CO2-neutraal vastgoed. Tailormade inzicht voor elke portefeuille, gekoppeld aan financiële meerjarenplanning, met jaarlijkse monitoring en mogelijkheden tot versnelling. Flexibel aanbod voor non-profitorganisaties, vergelijkbaar met een APK, op basis van vaste prijzen per vierkante meter gebouw. Jaarlijks up-to-date routebesprekingen, waarin snel inzicht, kansen benutten en voortgang borgen centraal staan.

Meer weten? Download hier het document voor meer uitleg.

Herijking speciale projecten Amsterdam

Bij de herijking van speciale projecten voor de gemeente Amsterdam in de voorjaarsnota 2023, speelde de bbn adviseurs een belangrijke rol in de voorbereiding van de besluitvorming. Vier projecten, waaronder De Nieuwe Meervaart, OBA Next, Bijlmer Parktheater en Paradiso, stonden centraal in deze heroverweging van bouw- en investeringskosten. bbn voerden grondige berekeningen uit voor verschillende scenario’s met betrekking tot deze projecten. Hun onderzoek vormde de basis voor de uiteindelijke besluitvorming.

Het college van wethouders en burgemeester nam op basis van deze bevindingen besluiten met betrekking tot de financiering van de projecten. Zo werd definitief budget vrijgemaakt voor de bouw van een nieuwe Meervaart in de Sloterplas en OBA Next in Zuidoost. Aanvullend werd geld toegekend voor de bouw van een langverwacht binnenzwembad in Flevopark en voor het Nationale Slavernijmuseum.

Niet alle projecten werden even positief beoordeeld, aangezien de gemeenteschuld niet te veel mocht stijgen. De Jaap Edenbaan kreeg geen tweede ijshal, maar wel een renovatie en verduurzaming van de buitenbaan. Paradiso kreeg geen bijdrage voor renovatie en uitbreiding, terwijl het Bijlmer Parktheater alleen geld ontving voor renovatie. Twee geplande openbare zwembaden op IJburg en Zeeburgereiland werden voorlopig uitgesteld.

Adviseurs van bbn zijn ook betrokken in de nadere uitwerking van de projecten.

Sturen op kosten en milieu-impact

De bouwsector staat voor een grote verduurzamingsopgave. Dit gaat verder dan alleen het reduceren van CO₂ in de gebruiksfase. Ook het bouwproces en het materiaalgebruik veroorzaken een grote impact op de uitstoot van CO₂.

In de nieuwbouwopgave is veel aandacht geweest voor operationeel energieverbruik en is er door implementatie van maatregelen zoals de Bijna EnergieNeutrale Gebouwen (BENG) -eisen ook de benodigde voortgang op geboekt. Materiaalgebonden emissies krijgen hierdoor een steeds groter aandeel.

Materiaalgebonden emissies kunnen worden geminimaliseerd door in de gehele keten goed na te gaan waar reductie kan plaatsvinden. Met name in nieuwbouw is dit een punt van aandacht, gezien de nieuwbouwopgave waar we voor staan.

Maar hoe minimaliseer je de milieu-impact van een gebouw nu eigenlijk? En wat kost dat dan? Bij bbn geloven we erin dat je milieu-impact en bouwkosten niet los van elkaar kunt zien. Om duurzamere keuzes te maken moet je weten wat dit kost en wat dit oplevert aan minder milieu-impact. Daarom sturen de bouwkostenmanagers bij bbn op kosten, kwaliteit en milieu-impact.

Meer weten? Download hier het document voor meer uitleg.