4 Tips voor duurzamer bouwen voor een nieuw kabinet

Welke wijzigingen in wet- en regelgeving maken de verduurzaming makkelijker?

De verkiezingen zijn geweest. In stilte wordt gewerkt aan de formatie. Wat er ook uitkomt, met duurzaamheid moet ieder kabinet aan de slag. In de praktijk van de verduurzaming van Nederland lopen we regelmatig aan tegen beperkende wet- en regelgeving. Daarom leek het ons verstandig verschillende tips mee te geven aan het nieuwe kabinet: welke wijzigingen in wet- en regelgeving maken de verduurzaming gemakkelijker?

Paris Proof bouwen: integratie in het bouwbesluit voor een duurzame toekomst
De term “Paris Proof” staat synoniem voor de ambitie om gebouwen te ontwerpen en te bouwen in lijn met de doelstellingen van het Klimaatakkoord van Parijs. We willen immers de opwarming van de aarde beperken. Het is belangrijk dit in alle fases van de bouwwetgeving te verwerken.

Enkele van onze wensen op hoofdlijnen:

  1. Energieneutraliteit:
    Het Bouwbesluit moet streven naar energieneutraliteit door het bevorderen van hernieuwbare energiebronnen en energie-efficiënte bouwmethoden. Bouwprojecten zouden moeten voldoen aan specifieke criteria om een bepaald percentage van hun energiebehoefte uit duurzame bronnen te halen.
  2. Duurzame materialen:
    Voeg meer bepalingen toe die het gebruik van duurzame bouwmaterialen aanmoedigen. Dit omvat materialen met een lage CO₂-voetafdruk, gerecyclede materialen en producten met erkende milieukeurmerken.
  3. Levenscyclusanalyse (LCA):
    Integreer een verplichte levenscyclusanalyse voor bouwprojecten. Hierbij worden alle CO₂-emissies gedurende de volledige levensduur van een gebouw in beschouwing genomen, vanaf de bouwfase tot en met de sloop.
  4. Energieprestatie normen:
    Versterk de bestaande energieprestatienormen en stel ambitieuze doelen voor energie-efficiëntie op, met specifieke aandacht voor het verminderen van het operationele energieverbruik van gebouwen.

Een betere MPG-database
Ingenieur Kitty Huibers van ABT geeft aan dat ze gemakkelijk een boek zou kunnen schrijven over talloze verbeteringen die kunnen worden aangebracht in de MPG-database. Deze database bevat de milieubelasting van bouwmaterialen. Echter, de huidige database is te beperkt; alleen Nederlandse producten worden bijvoorbeeld opgenomen, ondanks het internationale inkoopgedrag in de bouwmarkt. Daarnaast wijkt de rekenmethode voor de impact gedurende de levenscyclus van materialen af van Europese standaarden. De vele mogelijkheden tot verbetering zullen binnenkort breder worden gedeeld via NL Ingenieurs. 

Houtbouw fair wegen in de MPG
Bij het verkrijgen van een bouwvergunning is het noodzakelijk om een MilieuPrestatie Gebouwen (MPG)-berekening te maken, die de ecologische impact van het gebruik van bouwmaterialen vertegenwoordigt. Momenteel wordt er bij deze berekening standaard uitgegaan van een levensduur van 75 jaar voor hout, terwijl hout juist uitstekend kan worden gedemonteerd en hergebruikt (voor de levensduur van woningen wordt uitgegaan van 75 jaar en voor kantoorgebouwen 50 jaar). Een ander voorbeeld betreft isolatiematerialen; sommige moderne isolatiematerialen zijn zeer duurzaam en gaan aanzienlijk langer mee dan momenteel wordt verondersteld.

De bestaande regelgeving plaatst houtbouw in een minder gunstige positie ten opzichte van traditionele en sterk vervuilende materialen zoals beton. Om de CO₂-uitstoot te verminderen, roepen we het nieuwe kabinet op om de berekeningsregels aan te passen. Hierdoor kan een realistischer beeld ontstaan van de duurzaamheid van bouwmaterialen, waardoor innovatieve en milieuvriendelijkere opties beter kunnen concurreren in de bouwsector. 

Biobased bouwen promoten door biogene opslag mee te wegen
Biobased materialen zijn bouwmaterialen die geheel of gedeeltelijk zijn samengesteld uit plantaardige of dierlijke biomassa. Het unieke kenmerk van biobased materialen ligt in hun herkomst van levende organismen die tijdens hun groei CO₂ opnemen. In een duurzaam beheer voorziet de natuur voortdurend in nieuwe biomassa. Dus: bouwgrondstoffen die CO₂ opnemen!

Bij grootschalig gebruik van hout en andere biobased materialen in de bouw kan een rol worden gespeeld als een tijdelijke opslagplaats voor CO₂, wat bijdraagt aan het beperken van klimaatverandering. Momenteel wordt deze biogene CO₂-opslag in hout en andere biobased materialen niet meegenomen in de MPG en de MKI. Met “biogene CO₂” wordt verwezen naar het natuurlijke proces van koolstofopname tijdens de groei van bomen en planten.

In de LCA wordt gebruikgemaakt van de zogenaamde -1/+1 methode: de tijdens de groei geabsorbeerde CO₂ wordt bij verbranding aan het einde van de levensduur weer vrijgegeven, waardoor het netto-effect op nul wordt gebracht.

Planeconomie De Draai

De gemeente Dijk en Waard is actief betrokken bij diverse bouwprojecten voor nieuwe woningen, waarbij één van de grootste woningbouwlocaties binnen de gemeente bekend staat als de Draai. In deze nieuwe wijk aan de oostkant van Heerhugowaard worden 2.700 woningen gebouwd. Vanwege bepaalde omstandigheden had de gemeente direct behoefte aan extra capaciteit voor de functie van planeconoom.

In een kort tijdsbestek heeft bbn adviseurs in 2021 planeconomen beschikbaar gesteld om de projecten over te nemen. Vooral het project De Draai was van belang om snel over te nemen, gezien al de helft van de wijk bewoond is. Het was essentieel om vertraging te voorkomen. Nadat de gemeente het capaciteitsprobleem intern had opgelost, is bbn twee dagen per week betrokken gebleven als projectcontroller.

Het project De Draai is al geruime tijd gaande en bbn is sinds 2008 betrokken bij het leveren van projectmanagement. Vanaf het begin van de opgave maakte de planeconoom van bbn deel uit van het projectteam. Dankzij een goede samenwerking binnen het projectteam is het gelukt om de woningbouwproductie voort te zetten.

Voor het project De Draai heeft bbn gedurende ongeveer anderhalf jaar de rol van planeconoom op zich genomen. In deze periode heeft bbn onder andere de stedenbouwkundige plannen doorgerekend, beoordeeld en bijgestuurd. Ook zijn de plannen getoetst aan de grondexploitatie, zijn grondwaardeberekeningen gemaakt voor ontwikkelaars, en heeft bbn een rol gespeeld in de actualisatie van de grondexploitaties. In de functie van projectcontroller ondersteunt bbn bij het financieel beheer van alle woningbouwprojecten in Heerhugowaard.

Verstandig omgaan met participatie in gebiedsontwikkeling

Participatie voor gemeenten verplicht bij opstellen omgevingsvisie en omgevingsplan.

Gemeentelijke projectleiders in de gebiedsontwikkeling hebben veel op hun bordje. Vanaf 2024 komt daar ook participatie onder de omgevingswet bij. Hoe kun je hier als gemeente verstandig mee omgaan?

Wat is participatie?
Participatie is al jaren een vast onderdeel van gebieds- en vastgoed ontwikkelingen. Participatie gaat over informatieverstrekking en afstemming van inzichten wat kan leiden tot het creëren van begrip en draagvlak.

Een van de krachten van participatie is het inbrengen van diverse perspectieven. Inwoners, bedrijven, en maatschappelijke organisaties hebben verschillende ervaringen en inzichten die van onschatbare waarde kunnen zijn. Door deze diverse groepen actief te betrekken, ontstaat een completer beeld van de behoeften en belangen in de leefomgeving waardoor een betere besluitvorming mogelijk wordt. Hiermee draagt participatie bij aan de kwaliteit van een ontwikkeling.

De verandering onder de omgevingswet
Participatie bestaat al heel lang in de gebiedsontwikkeling. In die zin verandert er niet veel nu de Omgevingswet per 1 januari 2024 van kracht is geworden. Wat wel verandert, is dat participatie in een aantal gevallen verplicht wordt. Zo worden gemeenten verplicht participatie te organiseren bij het opstellen van een omgevingsvisie en omgevingsplan. Ook schrijft gemeentelijk beleid steeds vaker voor dat participatie moet plaatsvinden.

Een recente uitspraak van de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State leert dat ook draagvlak een formele positie krijgt. Hierbij gaat het er dan niet om dat iedereen het met een ontwikkeling eens moet zijn. Het gaat er echter wel om dat je laat zien wat je hebt gedaan aan participatie, wat de resultaten zijn, wat daarmee gedaan is en hoe je komt tot de eindoverweging. Met andere woorden, nee is ook een antwoord als je maar uit kunt leggen waarom het antwoord nee is.

Verder is het van belang verwachtingen te managen door bij aanvang duidelijke afspraken te maken en goed vast te leggen wat partijen van elkaar mogen verwachten. En daar zien we het vaak fout gaan. Er wordt iets beloofd wat men niet waar kan maken of er worden geen duidelijke afspraken bij de start van de participatie gemaakt. Hiermee wordt de eigen ellende georganiseerd. Nu participatie vaker verplicht wordt, wordt het ook onderdeel van de juridische toetsing. En daarmee levert het niet goed organiseren van de participatie dus een duidelijk risico op voor een ontwikkeling. Hierbij is een goede vastlegging van het proces, de bijeenkomsten, de inbrengreacties en wat daarmee is gedaan noodzakelijk.

De Omgevingswet zegt niets over hoe de participatie moet worden georganiseerd. Voor elke ontwikkeling is men vrij dit zelf te bepalen. Hierbij is het van belang om te bepalen op welk niveau de participatie wordt georganiseerd. Mogen belanghebbenden meedenken, mee creëren of worden ze alleen geïnformeerd? En vervolgens instrumenten te kiezen die passen bij het gekozen niveau van participatie. De initiatiefnemers maken dus zelf de inschatting wat ervoor nodig is om voor hen tot een ontwikkeling te komen en hoe dit ‘valt’ bij de juridische toetsing.

Twee voorbeelden: Gorinchem en Zoetermeer
Bij de ontwikkeling van een toekomstvisie op het Van Tuyllpark en de Oostelijke Bedrijventerreinen in Zoetermeer heeft Ciska Meijer als projectleider de participatie georganiseerd. Voor dit verouderde sportpark, en de naastgelegen bedrijventerreinen, was een nieuwe visie nodig.

Er werd gesproken tijdens interactieve bijeenkomsten met ondernemers, sportverenigingen en bewoners. Ook werd een enquête uitgezet onder inwoners van de stad. Daarmee is veel input verzameld voor het opstellen van modellen voor het gebied. Deze modellen zijn ook weer aan de betrokken stakeholders voorgelegd. Op basis van de reacties op de modellen is vervolgens een voorkeursmodel voor het gebied opgesteld. Binnenkort wordt met de presentatie hiervan de laatste stap in de participatie gezet.

In Gorinchem is met een kleiner budget toch veel bereikt bij de totstandkoming van de Nota van uitgangspunten voor Linge 2 Zuid. Ook hier is een enquête gebruikt om input voor de Nota op te halen. Verder is met een aantal stakeholders gesproken over de uitgangspunten die zij mee wilden geven aan de ontwikkeling van het gebied. Op basis hiervan is uiteindelijk de Nota van Uitgangspunten opgesteld.

Een gezonde, democratische samenleving met participatie
De waarde van participatie gaat echter veel verder dan de juridische verplichting. Het is een essentieel onderdeel van een gezonde, democratische samenleving. Door actief bewoners en belanghebbenden te betrekken, ontstaat een leefomgeving die niet alleen voldoet aan regelgeving, maar juist aansluit bij de behoeften en wensen van de gemeenschap. Participatie is een kans om samen de toekomst van onze leefomgeving vorm te geven.

Samenwerking gemeente Zwolle en woningcorporaties

Gemeente Zwolle werkt aan een methode om woningcorporaties zo goed mogelijk in positie te brengen bij nieuwe woningbouwontwikkelingen. Er is een werkgroep in het leven geroepen die bestaat uit de wethouder Wonen van de gemeente Zwolle en de bestuurders van de woningcorporaties deltaWonen, SWZ en Openbaar Belang. bbn adviseurs begeleidt de werkgroep en schrijft het eindadvies.

Aanleiding
Gemeente Zwolle en de woningcorporaties hebben afspraken gemaakt over de realisatie en exploitatie van sociale huurwoningen. De afspraken zijn vastgelegd in de Prestatieafspraken. In veel gebiedsontwikkelingen krijgen corporaties een aandeel in de realisatie van sociale huurwoningen. De samenwerking tussen gemeente, ontwikkelaars en corporaties verdiende verbetering en daarom wordt de huidige werkwijze onder de loep genomen.

In gesprek
Onder begeleiding van bbn adviseurs zijn gemeente en woningcorporaties met elkaar in gesprek gegaan om een proces uit te lijnen dat woningcorporaties in staat stelt de sociale woningbouwopgave in Zwolle gerealiseerd te krijgen Een belangrijk aandachtspunt is betere samenwerking en uitwisseling van informatie tussen corporaties en de gemeente. Aangezien de Prestatieafspraken niet juridisch verankerd zijn, adviseert de werkgroep om daarnaast publiekrechtelijke instrumenten in te zetten. Het omgevingsplan is daarbij het meest passend.

Inspelen op actuele ontwikkelingen woningmarkt
De werkgroep heeft gezorgd voor meer wederzijds begrip tussen corporaties en gemeente. De nieuwe werkwijze moet ervoor zorgen dat betrokkenen beter op de hoogte blijven van elkaars organisaties, beleid en projecten om zo goed te kunnen inspelen op actuele ontwikkelingen in de woningmarkt van Zwolle.

Sturen op kosten en milieu-impact

De bouwsector staat voor een grote verduurzamingsopgave. Dit gaat verder dan alleen het reduceren van CO₂ in de gebruiksfase. Ook het bouwproces en het materiaalgebruik veroorzaken een grote impact op de uitstoot van CO₂.

In de nieuwbouwopgave is veel aandacht geweest voor operationeel energieverbruik en is er door implementatie van maatregelen zoals de Bijna EnergieNeutrale Gebouwen (BENG) -eisen ook de benodigde voortgang op geboekt. Materiaalgebonden emissies krijgen hierdoor een steeds groter aandeel.

Materiaalgebonden emissies kunnen worden geminimaliseerd door in de gehele keten goed na te gaan waar reductie kan plaatsvinden. Met name in nieuwbouw is dit een punt van aandacht, gezien de nieuwbouwopgave waar we voor staan.

Maar hoe minimaliseer je de milieu-impact van een gebouw nu eigenlijk? En wat kost dat dan? Bij bbn geloven we erin dat je milieu-impact en bouwkosten niet los van elkaar kunt zien. Om duurzamere keuzes te maken moet je weten wat dit kost en wat dit oplevert aan minder milieu-impact. Daarom sturen de bouwkostenmanagers bij bbn op kosten, kwaliteit en milieu-impact.

Meer weten? Download hier het document voor meer uitleg.

Visiedocument Marktontwikkelingen Bouwkosten

De factoren die zorgen voor de huidige hoge bouwprijzen zijn nog steeds aanwezig, maar onze verwachting is dat dit niet lang meer aanhoudt. Door de stijgende bouwkosten en de stijgende rente komt de haalbaarheid van bouwprojecten onder druk te staan.

Dit is terug te zien in de afgegeven bouwvergunningen. De verwachting is dan ook dat de werkvoorraad de komende periode gaat afnemen. Toch is er ook nog steeds sprake van een krapte op de arbeidsmarkt. De FNV heeft aangegeven weer in te zetten op hoge loonstijgingen wanneer er nieuwe cao-onderhandelingen zijn.

Lees ook het artikel over Schools by Circlewood, een bedrijf dat zich toelegt op biobased en duurzame scholenbouw met het HoutKern Bouwconcept. De gemeente Amsterdam heeft een innovatieve aanbestedingsmethode geïntroduceerd, het Innovatiepartnerschap Schoolgebouwen (IPS) waarbij Circlewood één van de gekozen partijen is.

Download hier ons Visiedocument Marktontwikkelingen Bouwkosten.

bbn wint samen met Schools by Circlewood de competitie voor de eerste Innovatie Partnerschool in Amsterdam

bbn, als deel van het Schools by Circlewood consortium, heeft de competitie gewonnen om de school met voor- en naschoolse opvang Wisperweide in Weesp te realiseren. Wisperweide is de eerste school die het geprefabriceerde houten modulaire systeem van Schools by Circlewood toepast, dat eerder dit jaar door de gemeente Amsterdam en deelnemende schoolbesturen is geselecteerd voor het programma Innovatiepartnerschap Schoolgebouwen. Wisperweide is een ontwerp van Studio A Kwadraat + OMA.

De jury van de ontwerpwedstrijd van de school Wisperweide: “Het ontwerp heeft een ‘wauw’-factor en is uniek, en sluit volledig aan bij de bedoelde identiteit van de school. Het is modern met een natuurlijke uitstraling.”

Jimmy van der Aa, projectarchitect van Studio A Kwadraat: “Wisperweide is veel meer dan alleen een gebouw. Het is een inspirerend kindcentrum dat een vruchtbare bodem biedt voor de groei en ontwikkeling van onze toekomstige generaties. Ons ontwerp belooft een veilige en stimulerende omgeving voor kinderen om te leren, samen te werken en hun unieke potentieel te verkennen. Met flexibele ruimtes, een gastvrije sfeer en aandacht voor diversiteit is ons ontwerp voor Wisperweide een basis voor een betere toekomst, waar kinderen leren om positief bij te dragen aan de gemeenschap en de wereld om hen heen.”

Het plug-and-play systeem (de HoutKern Bouwmethode) van Schools by Circlewood bestaat uit gestandaardiseerde houten kolommen, kruisgelamineerde houten vloerpanelen, een slimme stalen knoop en verplaatsbare scheidingswanden. Het ontwerp van Wisperweide maakt gebruik van het systeem om maximale flexibiliteit te bereiken – zowel dagelijks als op de lange termijn. Centraal in het compacte gebouw bevindt zich een auditorium, dat de belangrijkste ontmoetings- en evenementenruimte van de school is en zichtbaar is vanuit de meeste delen van de school.

Rondom het auditorium zijn leeromgevingen verdeeld in twee karakteristieke zones – voor peuters en oudere kinderen. Elke zone heeft een eigen ingang en buitenspeelplaats, naast klaslokalen met grotendeels transparante gevels en muren. De ruime gangen – meer dan 3 meter breed en gevuld met natuurlijk licht – worden extra leer- en werkruimtes. De modulaire scheidingswanden maken het mogelijk om de klaslokalen en gangen te configureren volgens de voorkeuren van de kinderen en leraren om creativiteit en samenwerking te bevorderen. Naarmate de school ontwikkelt, kunnen er meer klaslokalen worden toegevoegd aan de noordzijde door de bestaande noordelijke gevel te verwijderen en het modulaire structurele raamwerk uit te breiden.

OMA Managing Partner – Architect David Gianotten: “Het ontwerp van Wisperweide illustreert het potentieel van het houten modulaire systeem om zeer aanpasbare gebouwen te creëren. Aangezien alle structurele en technische uitdagingen zijn opgelost toen we het systeem ontwikkelden, kunnen we ons nu richten op nauwe samenwerking met de school om de verschillende ruimtelijke scenario’s te definiëren die passen bij de visie, en om een routekaart te bieden voor verbetering van de onderwijsomgeving.”

Het houten modulaire raamwerk maakt afwerkingen van verschillende materialen en kleuren mogelijk. De gevel van het gebouw wordt gedefinieerd door horizontale banden met luifels die de belangrijkste ingangen markeren, en grote ramen die kleine kinderen aanmoedigen naar buiten te kijken. Klaslokalen op de begane grond hebben een directe toegang tot het speelplein, waardoor kinderen gemakkelijk buiten kunnen spelen. Binnen in de school zijn de scheidingswanden biobased en kunnen ze worden aangepast voor verschillende doeleinden: grote kastwanden, kluisjes of opslagruimte, kapstokken, of met groen beplante wanden. Anderen zijn tentoonstellingswanden om het werk van leerlingen te presenteren en de identiteit van de school te versterken. De flexibele technische backbone is uit het zicht boven de plafonds in de gangzones geplaatst.

Een kernonderwijsvisie van Wisperweide is het stimuleren van buitenonderwijs. De twee speelplaatsen van de school – gescheiden door de gedeelde fietsenstalling en elk afgestemd op een specifieke leeftijdsgroep – bieden uitgebreide groene ruimte voor activiteiten. Gekleurde rubberen gietvloeren in verschillende vormen en speeltoestellen vormen levendige speelomgevingen.

OMA Project Architect Michael den Otter: “Met ons ontwerp streven we ernaar om het onderwijsconcept van Wisperweide te vangen, die nieuwsgierigheid, autonomie en samenwerking aanmoedigt. We zijn er trots op dat we hebben samengewerkt met Studio A Kwadraat om een school te creëren die tegelijkertijd helder en gastvrij is.”

Wisperweide is de eerste school die wordt gerealiseerd binnen het Innovatiepartnerschap Schoolgebouwen Amsterdam. Het ontwerp behaalt de uitzonderlijke hoge duurzaamheidsambities van het innovatiepartnerschap. Het schoolgebouw is Paris Proof, losmaakbaar en biobased. Het is een voorbeeld voor de circulaire ambities van Gemeente Amsterdam. Het gebouw wordt compleet prefab geproduceerd, kent een hoge mate van biobased materialisatie en heeft een duurzaam installatie ontwerp. Dit helpt om de CO2- en stikstofemissies verder te reduceren.

Karin Kuipers, Schools by Circlewood: “Ons modulaire systeem, de HoutKern Bouwmethode, is aanvankelijk ontwikkeld voor The Natural Pavilion op de Wereldexpo Floriade 2022. Het maakt het mogelijk om de structuur eenvoudig te transformeren voor nieuwe functies of te demonteren aan het einde van zijn levenscyclus. We zijn trots dat we ons systeem nu kunnen toepassen om bij te dragen aan een prettige leeromgeving van kinderen – de duurzaamheidsambassadeurs van onze toekomst.”

Schools by Circlewood bestaat uit Noordereng Groep, Oosterhoff (ABT, Adviesbureau Lüning, bbn adviseurs), Studio A Kwadraat, DWA, Hedgehog Company, Heko Spanten, EtuConsult, Lomans, Ferross Staalbouw en OMA. Als creative director van Schools by Circlewood helpt OMA bij het selecteren van jonge ontwerpers en werkt samen met hen aan het ontwikkelen van nieuwe scholen. Studio A Kwadraat is de eerste geselecteerde ontwerper. De school Wisperweide wordt gebouwd door Friso Bouwgroep.

Naast Schools by Circlewood zijn De Elementaire School en Het Schoolvoorbeeld geselecteerd voor het programma Innovatiepartnerschap Schoolgebouwen. De drie consortia zullen samen negen tot dertig scholen in Amsterdam bouwen in de komende tien jaar.

Stikstof Risicoscan

Op 22 november is de Stikstof Risicoscan door bbn gelanceerd. Deze risicoscan dient als een beheersmaatregel om vertragingen en kostbare aanpassingen tijdens vergunningsaanvragen te voorkomen. Vandaag de dag leidden te hoge stikstofuitstootwaarden (mol/hectare/jaar) in veel gevallen tot projectvertragingen. Dit komt vaak doordat er bij programma- en ontwerpkeuzes geen rekening is gehouden met de stikstofdepositie. Nu is het mogelijk om in de beginfase van een project de verwachte stikstofdepositie voor zowel de realisatie- als gebruiksfase te bepalen.

bbn heeft inmiddels verschillende Risicoscans uitgevoerd voor diverse opdrachtgevers en vastgoedtypes. Binnenkort delen we onze ervaringen en de bewezen bruikbaarheid van de Stikstof Risicoscan. Wilt u op de hoogte blijven? Laat het ons weten via info@bbn.nl.

Meer weten? Download onze flyer via onderstaande link.

Stikstof Risicoscan

De Transformatie naar een Toekomstbestendig en CO2-neutraal Kantoorgebouw

Het transformeren van een bestaand kantoorgebouw naar een toekomstbestendige en CO2-neutrale huisvesting vereist zorgvuldige planning en geduld. In dit artikel wordt beschreven hoe een kantoorgebouw, bestaande uit drie delen, stapsgewijs wordt vernieuwd met aandacht voor duurzaamheid en milieuvriendelijke materialen. Het proces omvat onder andere het verplaatsen van vleermuizen, het slopen van een deel van het gebouw, het vervangen en verduurzamen van gevels, en het realiseren van een interieurontwerp dat past bij de duurzame ambities van het project.

Om te voldoen aan de eisen van het behoud van natuurlijke habitat, werden diverse vleermuiskasten in de omgeving geplaatst, zodat de vleermuizen de tijd kregen om te verhuizen. Vervolgens werd het oude middendeel van het kantoorgebouw volledig gesloopt. Het linker- en rechterdeel van het gebouw worden alleen vernieuwd, waarbij de gevels volledig worden vervangen en verduurzaamd. Na de sloopwerkzaamheden is een nieuwe houten constructie gerealiseerd. Momenteel worden het linker- en middengedeelte van het gebouw intensief verbouwd. De contouren van het vernieuwde gebouw worden steeds duidelijker zichtbaar, waarmee de transformatie vorm begint te krijgen.

Voor het inbouwpakket, dat na de afronding van het casco wordt gerealiseerd, is samengewerkt met een interieurarchitect. Het ontwerp omvat de indeling, afwerking, installaties en verlichting van de nieuwe huisvesting. Hierbij wordt rekening gehouden met de duurzame ambitie van het project en wordt gestreefd naar een zo klein mogelijke milieu-impact van de inbouwelementen.

Duurzaamheid in het inbouwpakket
Om de duurzaamheidsdoelen te behalen, wordt er gestreefd naar het minimaliseren van nieuwe materialen. De bestaande betonwanden en -plafonds blijven behouden en worden voorzien van akoestische absorptie. Binnenwanden en glazen puien worden hergebruikt uit een slooppand elders. De vloerafwerking bestaat deels uit geopolymeerbeton en deels uit hergebruikt hout. Alle overige materialen die worden toegevoegd zijn biobased en dragen bij aan een gezond binnenklimaat.

Verlichting en de toevoeging van planten spelen tevens een belangrijke rol bij het realiseren van de duurzame ambities in het inbouwpakket, waarbij energiezuinige verlichting wordt gebruikt en verschillende planten worden toegevoegd om een groene en gezonde werkomgeving te creëren.

De contouren worden zichtbaar
De transformatie van een bestaand kantoorgebouw naar een toekomstbestendige en CO2-neutrale huisvesting vereist geduld, planning en aandacht voor duurzaamheid. Door vleermuizen te verplaatsen, delen van het gebouw te slopen en gevels te vernieuwen, worden de contouren van het vernieuwde gebouw zichtbaar. Het inbouwpakket wordt ontworpen met oog voor duurzaamheid, waarbij zoveel mogelijk gebruik wordt gemaakt van hergebruikte en milieuvriendelijke materialen. Met energiezuinige verlichting en de toevoeging van planten wordt de duurzame ambitie van het project ook in het interieur gerealiseerd. Zo wordt het kantoorgebouw getransformeerd tot een moderne, CO2-neutrale en gezonde werkomgeving.

Nieuwbouw De Steiger in Terneuzen in volle gang: ‘Dit wordt het mooiste plekje van de hele wijk’

In Terneuzen is de nieuwbouw van De Steiger in volle gang. De transformatie van de omgeving rondom de ‘koeienput’ in de Rivierenbuurt is opvallend. De buurt veranderde razendsnel, en wie er nu langs loopt, herkent het bijna niet meer.

Aan de Merwedelaan rijst het nieuwe onderkomen van Kindcentrum De Steiger met daarin een basisschool van Elevantio en Kinderopvang Zeeuws-Vlaanderen snel omhoog. Hier stond tot voor kort basisschool De Geule. Maar zelfs met alle vernieuwing was het gevoel van die tijd nog niet helemaal verdwenen. Oud-Geule juf Karin Somers liep donderdagochtend met haar leerlingen over het terrein en keek terug naar die oude tijd. Maar ze besefte al snel dat er iets fantastisch nieuws voor in de plaats zou komen. “Dit wordt het mooiste plekje van de hele wijk”, verzekerde ze.

Het verouderde schoolgebouw van De Geule was overbodig geworden na de fusie van de drie basisscholen tot De Steiger. Een eigentijds schoolgebouw was nodig om alle leerlingen onder één dak les te geven. De muren van het nieuwe gebouw stonden op 14 september 2023 al grotendeels overeind, maar er moest nog een symbolische ‘eerste steen’ gelegd worden. Alle betrokkenen, van kinderen tot leerkrachten en bestuurders, plaatsten versierde keien met hun naam in een buis. Deze keien krijgen later een ereplek binnen de school.

Na de zomervakantie van 2024 zal het nieuwe Kindcentrum onder de naam De Steiger een plek bieden aan kinderen van nul tot twaalf jaar. Het wordt een energieneutraal ‘paviljoen’ op een oppervlakte van ca. 2.700 m² bvo. De gemeente Terneuzen investeerde ca. 5,7 miljoen euro in dit nieuwe schoolgebouw, waarbij ook de renovatie en verduurzaming van de gymzaal aan de Merwedelaan hoorde.

Het Kindcentrum is gelegen in een parkachtige omgeving, waar binnen en buiten naadloos in elkaar overlopen. Schooldirecteur Ronald Audenaerd kan zich al helemaal voorstellen hoe prachtig het hier zou zijn om op te groeien. Hij was gerustgesteld na het zien van het gebouw van binnen. “Dat gaat lukken hoor”, verzekerde hij.

De buitenruimte bij het Kindcentrum en de aangrenzende parkomgeving in de Rivierenbuurt worden aansluitend op de nieuwbouw ook opnieuw ingericht. De oude schoolgebouwen van De Meerpaal en De Hille zullen worden gesloopt om ruimte te maken voor dit groene toevluchtsoord. Het ontwerp van de buitenruimte is nog in ontwikkeling, maar het belooft een plek te worden voor zowel schoolkinderen als buurtbewoners.

Bij dit project zijn wij als bbn adviseurs vanaf het begin betrokken. We werkten samen met de gebruikers om een Programma van Eisen op te stellen, stelden de aanbestedingsstukken op, raamden de bouwkosten, begeleidden het Design & Build traject (UAV-GC) en verzorgen de kwaliteitstoetsing tijdens de ontwerpfase en op de bouwplaats.

Architect Eefje Rikhof van Rothuizen maakte samen met de gebruikers een bouwkundig voorlopig ontwerp, waarin de gemeente werd geadviseerd om de bestaande gymzaal te hergebruiken uit oogpunt van circulariteit. Het ontwerp van Rothuizen werd via een Europese aanbesteding als Design & Build contract op de markt gezet. Dit zorgde voor budgetzekerheid en verminderde risico’s, wat de gemeente ten goede kwam. Bouwbedrijf Schrijver werkt samen met VG-architecten en Van de Velde om het functionele ontwerp af te stemmen op de beste bouwmethode. Het eindresultaat is een energieneutraal gebouw, waarin de natuur naadloos overgaat in het interieur. Dit project is een toonbeeld van samenwerking en innovatie, en het resultaat zal een parel in de wijk worden.

Lees hier meer